Document Type
Article
Journal/Book Title/Conference
Natuurwetenschappelijik Tijdschrift
Publication Date
1-1-1923
First Page
1
Last Page
12
Abstract
De kleur der levende wezens is wellicht onder alle eigenschappen deze die het spoedigst de aandacht vestigt. Inderdaad berust het schoonheids-genot dat wij bij het beschouwen van vele dieren en planten smaken, grootendeels op hunne harmonische kleurteekening. Desniettegenstaande is het opmerkelijk dat wij uit een wetenschappelijk oogpunt veel beter over den vorm dan over de kleuren der levende wezens zijn ingelicht. Dit is mijns inziens aan twee hoofdredenen te wijten. Eene eerste moeilijkheid ligt in den aard zelf van het onderwerp. Waarneming in de natuur en experiment in den proeftuin of in het laboratorium hebben al spoedig geleerd hoe de kleur van een dier of plant van menigvuldige physische en chemische factoren afhangt, die ten deele als erfelijke eigenschappen binnen het protoplasma, ten deele buiten het organisme in de omgeving hunnen invloed doen gevoelen. Daarbij moet worden gevoegd dat de beoordeeling der kleur in hooge mate subjectief is. Methoden om een bepaalde kleur op streng objectieve wijze te beschrijven of te meten zijn te omslachtig en gewoonlijk niet op levende wezens toepasselijk, vooral .waar het kleine voorwerpen geldt. Om kleuren te beschrijven moeten wij in de praktijk meestal overgaan tot vergelijking met conventioneele kleurenreeksen, waarvan nu een aantal voortreffelijke ten dienste van den bioloog staan : Saccardo's << Chromotaxia >>, Oberthür's « Répertoire des Couleurs >>' maar vooral Ridgway's « Col or Standards and Col or N omenclature >> (Washing-ton, D. C., 1912). Dit laatste werk wordt nu in de dierkunde algemeen gebruikt en bewijst uitstekende diensten in de beschrijvende systematiek.
Recommended Citation
Bequaert, Joseph, "Enkele beschouwingen over kleuren en kleurgroepen bij Plooivleugelige Wespen, (1)" (1923). Ba. Paper 262.
https://digitalcommons.usu.edu/bee_lab_ba/262